Betekenis van het woord use in het Nederlands

Wat betekent use in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

use

US /juːz/
UK /juːz/
"use" picture

Werkwoord

1.

gebruiken, benutten

take, hold, or deploy (something) as a means of accomplishing a purpose or achieving a result; employ

Voorbeeld:
Can I use your pen for a moment?
Mag ik je pen even gebruiken?
She decided to use her savings to buy a new car.
Ze besloot haar spaargeld te gebruiken om een nieuwe auto te kopen.
2.

uitbuiten, misbruiken

exploit (a person or thing) for one's own ends

Voorbeeld:
He was accused of trying to use his friends for personal gain.
Hij werd ervan beschuldigd zijn vrienden te gebruiken voor persoonlijk gewin.
Don't let others use you.
Laat anderen je niet gebruiken.

Zelfstandig Naamwoord

1.

gebruik, toepassing

the action of using something or the state of being used for a purpose

Voorbeeld:
The car is in constant use.
De auto is constant in gebruik.
This tool has many different uses.
Dit gereedschap heeft veel verschillende toepassingen.
2.

nut, zin

the benefit or purpose of something

Voorbeeld:
What's the use of complaining?
Wat heeft het voor zin om te klagen?
There's no use crying over spilled milk.
Het heeft geen zin om te huilen over gemorste melk.
Leer dit woord op Lingoland