link

US /lɪŋk/
UK /lɪŋk/
"link" picture
1.

link, verband, relatie

a relationship between two things or situations, especially where one thing affects the other

:
•
There's a strong link between smoking and cancer.
Er is een sterke link tussen roken en kanker.
•
The police are investigating a possible link between the two crimes.
De politie onderzoekt een mogelijke link tussen de twee misdaden.
:
connectionrelationshipassociationcorrelationnexus
2.

schakel, verbinding

a component of a chain or series

:
•
Each link in the chain was carefully forged.
Elke schakel in de keten werd zorgvuldig gesmeed.
•
The missing link in the evolutionary chain.
De ontbrekende schakel in de evolutionaire keten.
:
componentelementpartsegmentunit
3.

link, hyperlink

a code or address that allows you to access a website or a particular part of a website

:
•
Click on this link to download the file.
Klik op deze link om het bestand te downloaden.
•
Can you send me the link to that article?
Kun je me de link naar dat artikel sturen?
:
URLhyperlinkweb address
1.

verbinden, koppelen, samenvoegen

to make a connection between two or more things or people

:
•
The new road will link the two towns.
De nieuwe weg zal de twee steden verbinden.
•
Can you link these two paragraphs together?
Kun je deze twee alinea's aan elkaar koppelen?
:
connectjoinassociaterelatetie
:
linkschain-link fence