Betekenis van het woord feel in het Nederlands

Wat betekent feel in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

feel

US /fiːl/
UK /fiːl/
"feel" picture

Werkwoord

1.

voelen

experience an emotion or sensation

Voorbeeld:
I feel happy today.
Ik voel me vandaag gelukkig.
Do you feel the heat?
Voel je de hitte?
2.

voelen, aanraken

have a physical sensation of something through touch

Voorbeeld:
Can you feel the texture of this fabric?
Kun je de textuur van deze stof voelen?
I felt something crawling on my arm.
Ik voelde iets op mijn arm kruipen.
3.

vinden, menen

have a belief or impression about something

Voorbeeld:
I feel that he is honest.
Ik denk dat hij eerlijk is.
She feels that the decision was wrong.
Zij vindt dat de beslissing verkeerd was.

Zelfstandig Naamwoord

1.

gevoel, aanraking

an act of touching or an impression conveyed by touching

Voorbeeld:
The fabric has a soft feel.
De stof heeft een zachte aanraking.
I like the feel of silk.
Ik hou van het gevoel van zijde.
2.

gevoel, intuïtie

an intuitive awareness or impression

Voorbeeld:
I had a strange feel about the situation.
Ik had een vreemd gevoel over de situatie.
She has a good feel for what the audience wants.
Ze heeft een goed gevoel voor wat het publiek wil.
Leer dit woord op Lingoland