hinge

US /hɪndʒ/
UK /hɪndʒ/
"hinge" picture
1.

scharnier

a movable joint or mechanism on which a door, gate, or lid swings as it opens and closes or which connects two parts so that one can swing relative to the other

:
The door creaked on its rusty hinges.
De deur kraakte op zijn roestige scharnieren.
He adjusted the hinge on the cabinet door.
Hij stelde het scharnier van de kastdeur bij.
1.

scharnieren, bevestigen met een scharnier

attach or join with a hinge

:
The carpenter will hinge the new door to the frame.
De timmerman zal de nieuwe deur aan het kozijn scharnieren.
The two sections of the bridge hinge together.
De twee delen van de brug scharnieren aan elkaar.
2.

afhangen van, draaien om

depend entirely on

:
The success of the plan will hinge on everyone's cooperation.
Het succes van het plan zal afhangen van ieders medewerking.
The entire argument seemed to hinge on a single piece of evidence.
Het hele argument leek te draaien om één enkel bewijsstuk.