attach

US /əˈtætʃ/
UK /əˈtætʃ/
"attach" picture
1.

bevestigen, vastmaken, aanhechten

join or fasten (something) to something else

:
Please attach the file to your email.
Gelieve het bestand aan uw e-mail te voegen.
She attached a label to each box.
Ze bevestigde een etiket aan elke doos.
2.

hechten, binden

make (someone) fond of or loyal to

:
She quickly became attached to the new puppy.
Ze raakte snel gehecht aan de nieuwe puppy.
It's easy to get attached to a place where you've lived for a long time.
Het is gemakkelijk om gehecht te raken aan een plek waar je lang hebt gewoond.