Betekenis van het woord win in het Nederlands

Wat betekent win in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

win

US /wɪn/
UK /wɪn/
"win" picture

Werkwoord

1.

winnen

be successful or victorious in a contest or conflict

Voorbeeld:
Our team hopes to win the championship this year.
Ons team hoopt dit jaar het kampioenschap te winnen.
She managed to win the argument.
Ze slaagde erin het argument te winnen.
2.

winnen, verkrijgen

gain, achieve, or acquire (something) as a result of success in a contest or conflict

Voorbeeld:
He hopes to win a scholarship.
Hij hoopt een beurs te winnen.
She won a lot of money in the lottery.
Ze won veel geld in de loterij.

Zelfstandig Naamwoord

1.

overwinning, winst

a victory in a game or contest

Voorbeeld:
It was a clear win for the home team.
Het was een duidelijke overwinning voor het thuisteam.
The company announced a big win in the new contract.
Het bedrijf kondigde een grote overwinning aan in het nieuwe contract.
Leer dit woord op Lingoland