strike out
US /straɪk aʊt/
UK /straɪk aʊt/

1.
falen, uitgaan
to fail at something, especially in baseball when a batter fails to hit three pitches and is out
:
•
The batter struck out, ending the inning.
De slagman sloeg uit, waarmee de inning eindigde.
•
I tried to start my own business, but I struck out.
Ik probeerde mijn eigen bedrijf te starten, maar ik faalde.
2.
op eigen benen staan, een nieuwe weg inslaan
to set out on a new course or venture, often with determination
:
•
After college, she decided to strike out on her own and travel the world.
Na de universiteit besloot ze op eigen benen te staan en de wereld rond te reizen.
•
He struck out in a new direction with his research.
Hij sloeg een nieuwe weg in met zijn onderzoek.
3.
doorstrepen, schrappen
to remove or cancel something by drawing a line through it
:
•
Please strike out any incorrect information on the form.
Gelieve alle onjuiste informatie op het formulier door te strepen.
•
The judge ordered the testimony to be struck out from the record.
De rechter beval de getuigenis uit het dossier te schrappen.