Betekenis van het woord sprout in het Nederlands

Wat betekent sprout in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

sprout

US /spraʊt/
UK /spraʊt/
"sprout" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

scheut, spruit

a new growth of a plant

Voorbeeld:
The first green sprouts appeared after the rain.
De eerste groene scheuten verschenen na de regen.
We grow bean sprouts for salads.
We kweken bonenscheuten voor salades.

Werkwoord

1.

ontkiemen, uitlopen

to begin to grow; to produce new growth

Voorbeeld:
The seeds began to sprout after a few days.
De zaden begonnen na een paar dagen te ontkiemen.
New leaves are sprouting from the branches.
Nieuwe bladeren ontspruiten uit de takken.
2.

ontstaan, opduiken

to appear or develop suddenly and in large numbers

Voorbeeld:
New businesses are sprouting up all over the city.
Nieuwe bedrijven schieten overal in de stad uit de grond.
Ideas began to sprout in his mind.
Ideeën begonnen in zijn hoofd te ontspruiten.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: