sketch

US /sketʃ/
UK /sketʃ/
"sketch" picture
1.

schets, voorstudie

a rough or unfinished drawing or painting, often made to assist in making a more finished picture

:
He made a quick sketch of the landscape.
Hij maakte een snelle schets van het landschap.
The artist prepared several sketches before starting the final painting.
De kunstenaar bereidde verschillende schetsen voor voordat hij aan het uiteindelijke schilderij begon.
2.

schets, overzicht

a brief written or spoken account or description

:
He gave a brief sketch of his life story.
Hij gaf een korte schets van zijn levensverhaal.
The report provided a general sketch of the economic situation.
Het rapport gaf een algemene schets van de economische situatie.
3.

sketch, komisch stuk

a short humorous play or piece of writing

:
The comedy show featured several hilarious sketches.
De comedyshow bevatte verschillende hilarische sketches.
They performed a funny sketch about daily life.
Ze voerden een grappige sketch op over het dagelijks leven.
1.

schetsen, tekenen

make a rough drawing of

:
She began to sketch the old building.
Ze begon het oude gebouw te schetsen.
Can you sketch out your idea on the whiteboard?
Kun je je idee op het whiteboard schetsen?
2.

schetsen, uiteenzetten

give a brief account or general outline of

:
The speaker will sketch the history of the region.
De spreker zal de geschiedenis van de regio schetsen.
He quickly sketched out a plan for the project.
Hij schetste snel een plan voor het project.