delineate
US /dɪˈlɪn.i.eɪt/
UK /dɪˈlɪn.i.eɪt/

1.
delineëren, beschrijven, afbakenen
describe or portray (something) precisely
:
•
The architect delineated the building's features in the blueprint.
De architect delineerde de kenmerken van het gebouw in de blauwdruk.
•
The report clearly delineates the responsibilities of each department.
Het rapport delineert duidelijk de verantwoordelijkheden van elke afdeling.
2.
afbakenen, begrenzen
indicate the exact position of (a border or boundary)
:
•
The surveyor's task was to delineate the property lines.
De taak van de landmeter was het afbakenen van de eigendomsgrenzen.
•
A fence was built to delineate the garden from the rest of the yard.
Er werd een hek gebouwd om de tuin van de rest van de tuin te afbakenen.