Betekenis van het woord raid in het Nederlands

Wat betekent raid in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

raid

US /reɪd/
UK /reɪd/
"raid" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

aanval, inval

a sudden attack on an enemy by troops, aircraft, or other armed forces in warfare

Voorbeeld:
The commandos launched a surprise raid on the enemy stronghold.
De commando's lanceerden een verrassingsaanval op het vijandelijke bolwerk.
The air raid sirens wailed across the city.
De luchtaanvalsirenes loeiden door de stad.
2.

inval, razzia

a sudden, unannounced visit by police or other authorities

Voorbeeld:
The police conducted a drug raid on the apartment building.
De politie voerde een drugsinval uit in het appartementencomplex.
Tax officials carried out a raid on the company's offices.
Belastingambtenaren voerden een inval uit in de kantoren van het bedrijf.
3.

overval, inbraak

an act of illegally entering a place in order to steal from it

Voorbeeld:
There was a raid on the bank last night.
Er was gisteravond een overval op de bank.
The gang planned a daring raid on the jewelry store.
De bende plande een gewaagde overval op de juwelierszaak.

Werkwoord

1.

overvallen, binnenvallen

to conduct a sudden attack on (an enemy or a place)

Voorbeeld:
The troops decided to raid the enemy camp at dawn.
De troepen besloten het vijandelijke kamp bij zonsopgang te overvallen.
They plan to raid the warehouse for supplies.
Ze zijn van plan het magazijn te overvallen voor voorraden.
2.

plunderen, overvallen

to enter a place, typically a cupboard or refrigerator, in order to steal or take things from it

Voorbeeld:
My brother always raids the fridge late at night.
Mijn broer plundert altijd de koelkast laat op de avond.
The children raided the cookie jar after their parents went to bed.
De kinderen plunderden de koekjespot nadat hun ouders naar bed waren gegaan.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: