flesh
US /fleʃ/
UK /fleʃ/

1.
1.
uitwerken, verdiepen
to put weight on (a plan, idea, or story) by adding more details or substance
:
•
We need to flesh out the proposal with more data.
We moeten het voorstel uitwerken met meer gegevens.
•
The author took time to flesh out the characters in her novel.
De auteur nam de tijd om de personages in haar roman uit te werken.