Betekenis van het woord bolt in het Nederlands
Wat betekent bolt in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
bolt
US /boʊlt/
UK /boʊlt/

Zelfstandig Naamwoord
1.
bout
a long, cylindrical piece of metal, typically threaded, used with a nut to fasten things together
Voorbeeld:
•
He tightened the bolt with a wrench.
Hij draaide de bout vast met een moersleutel.
•
The bridge was held together by large steel bolts.
De brug werd bij elkaar gehouden door grote stalen bouten.
2.
grendel, schuif
a bar that slides into a socket to fasten a door or window
Voorbeeld:
•
She slid the bolt across the door for security.
Ze schoof de grendel over de deur voor de veiligheid.
•
The old wooden door had a heavy iron bolt.
De oude houten deur had een zware ijzeren grendel.
3.
bliksemschicht, bliksem
a flash of lightning
Voorbeeld:
•
A bolt of lightning struck the old oak tree.
Een bliksemschicht sloeg in de oude eik.
•
The sky was lit up by sudden bolts.
De lucht werd verlicht door plotselinge bliksemschichten.
Synoniem:
Werkwoord
1.
wegrennen, ervandoor gaan
to run away suddenly and quickly
Voorbeeld:
•
The horse bolted when it heard the loud noise.
Het paard rende weg toen het het luide geluid hoorde.
•
He bolted out of the room as soon as the alarm sounded.
Hij rende de kamer uit zodra het alarm afging.
2.
schrokken, naar binnen werken
to eat food quickly and often without chewing properly
Voorbeeld:
•
He was so hungry he bolted down his dinner.
Hij had zo'n honger dat hij zijn avondeten naar binnen schrokte.
•
Don't bolt your food; chew it properly.
Schrok je eten niet naar binnen; kauw het goed.
3.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: