Betekenis van het woord wife in het Nederlands
Wat betekent wife in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
wife
US /waɪf/
UK /waɪf/

Zelfstandig Naamwoord
1.
vrouw, echtgenote
a married woman considered in relation to her husband
Voorbeeld:
•
My wife and I are going on vacation next month.
Mijn vrouw en ik gaan volgende maand op vakantie.
•
He introduced his wife to his colleagues.
Hij stelde zijn vrouw voor aan zijn collega's.
Synoniem:
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: