Betekenis van het woord timetable in het Nederlands

Wat betekent timetable in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

timetable

US /ˈtaɪmˌteɪ.bəl/
UK /ˈtaɪmˌteɪ.bəl/
"timetable" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

dienstregeling, tijdschema

a schedule of times at which certain things are to happen

Voorbeeld:
The train's timetable was delayed due to bad weather.
Het dienstregeling van de trein was vertraagd door slecht weer.
We need to create a new timetable for the project.
We moeten een nieuwe tijdschema voor het project maken.

Werkwoord

1.

plannen, roosteren

to schedule or plan the timing of (an event or activity)

Voorbeeld:
We need to timetable the meetings carefully to avoid clashes.
We moeten de vergaderingen zorgvuldig plannen om botsingen te voorkomen.
The course is timetabled for Monday and Wednesday afternoons.
De cursus is ingeroosterd voor maandag- en woensdagmiddag.
Leer dit woord op Lingoland