Betekenis van het woord story in het Nederlands
Wat betekent story in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
story
US /ˈstɔːr.i/
UK /ˈstɔːr.i/

Zelfstandig Naamwoord
1.
verhaal, sprookje
an account of imaginary or real people and events told for entertainment
Voorbeeld:
•
She told us a fascinating story about her travels.
Ze vertelde ons een fascinerend verhaal over haar reizen.
•
The children loved the bedtime story.
De kinderen vonden het bedtijdverhaal geweldig.
2.
verslag, bericht
a report of an event or series of events, either true or imaginary
Voorbeeld:
•
The newspaper published a front-page story about the election.
De krant publiceerde een voorpaginaverhaal over de verkiezingen.
•
What's the story behind this sudden resignation?
Wat is het verhaal achter dit plotselinge ontslag?
Leer dit woord op Lingoland