enchant

US /ɪnˈtʃænt/
UK /ɪnˈtʃænt/
"enchant" picture
1.

betoveren, bekoren

fill (someone) with great delight; charm

:
•
The beautiful music enchanted the audience.
De prachtige muziek betoverde het publiek.
•
She was completely enchanted by his stories.
Ze was volledig betoverd door zijn verhalen.
:
charmcaptivateentrancebewitchfascinate
2.

betoveren, bezweren

put under a spell

:
•
The witch tried to enchant the prince.
De heks probeerde de prins te betoveren.
•
The ancient artifact was said to be enchanted.
Het oude artefact zou betoverd zijn.
:
spellbindhexcursejinx
:
enchantedenchantmentenchanting