dry up
US /draɪ ˈʌp/
UK /draɪ ˈʌp/

1.
2.
opdrogen, opraken, verdwijnen
to stop being available or to come to an end
:
•
His ideas for the project seemed to dry up after a few weeks.
Zijn ideeën voor het project leken na een paar weken op te drogen.
•
The well of public sympathy for the victims began to dry up.
De bron van publieke sympathie voor de slachtoffers begon op te drogen.
3.
stilvallen, tekst kwijt zijn
to forget one's lines in a play or performance
:
•
The actor suddenly dried up in the middle of his monologue.
De acteur viel stil midden in zijn monoloog.
•
She was so nervous that she almost dried up on stage.
Ze was zo nerveus dat ze bijna stilviel op het podium.