dramatize
US /ˈdræm.ə.taɪz/
UK /ˈdræm.ə.taɪz/
1.
dramatiseren, toneelmatig maken
present (a novel, play, or incident) in a dramatic way
:
•
The director decided to dramatize the historical event for the stage.
De regisseur besloot de historische gebeurtenis te dramatiseren voor het toneel.
•
The novel was later dramatized into a successful television series.
De roman werd later gedramatiseerd tot een succesvolle televisieserie.
2.
dramatiseren, overdrijven
exaggerate the seriousness or importance of (something)
:
•
She tends to dramatize every small problem.
Ze heeft de neiging elk klein probleem te dramatiseren.
•
Don't dramatize the situation; it's not that bad.
Dramatiseer de situatie niet; het is niet zo erg.