clean-cut
US /ˈkliːn.kʌt/
UK /ˈkliːn.kʌt/
1.
scherp, duidelijk
clearly or sharply defined; distinct
:
•
The architect presented a clean-cut design for the new building.
De architect presenteerde een scherp ontwerp voor het nieuwe gebouw.
•
The instructions were clean-cut and easy to follow.
De instructies waren duidelijk en gemakkelijk te volgen.
2.
verzorgd, netjes
neat and tidy in appearance; wholesome and respectable
:
•
He always looked very clean-cut in his suit and tie.
Hij zag er altijd erg verzorgd uit in zijn pak en stropdas.
•
The new employee had a very clean-cut image, which impressed the management.
De nieuwe medewerker had een zeer nette uitstraling, wat indruk maakte op het management.