unique

US /juːˈniːk/
UK /juːˈniːk/
"unique" picture
1.

uniek, enig in zijn soort

being the only one of its kind; unlike anything else.

:
Each person's fingerprints are unique.
De vingerafdrukken van elke persoon zijn uniek.
The artist created a truly unique sculpture.
De kunstenaar creëerde een werkelijk uniek beeldhouwwerk.
2.

bijzonder, speciaal, ongewoon

particularly remarkable, special, or unusual.

:
She has a unique talent for painting.
Ze heeft een uniek talent voor schilderen.
The restaurant offers a unique dining experience.
Het restaurant biedt een unieke eetervaring.