thread
US /θred/
UK /θred/
1.
draad
a long, thin strand of cotton, nylon, or other fibers used in sewing or weaving
:
•
She used a needle and thread to mend the torn shirt.
Ze gebruikte een naald en draad om het gescheurde shirt te repareren.
•
The tailor carefully selected the right color of thread for the suit.
De kleermaker koos zorgvuldig de juiste kleur draad voor het pak.
2.
draad, discussie
a sequence of connected messages or posts on a social media platform or forum
:
•
I followed the entire thread of comments on the controversial post.
Ik volgde de hele draad van opmerkingen over de controversiële post.
•
Can you start a new thread for this discussion?
Kun je een nieuwe draad starten voor deze discussie?
1.
rijgen, inrijgen
to pass a thread through the eye of a needle or through the various guides and tension discs of a sewing machine
:
•
She carefully threaded the needle before starting to sew.
Ze reigde voorzichtig de naald voordat ze begon met naaien.
•
He threaded the film through the projector.
Hij reigde de film door de projector.