strike a balance
US /straɪk ə ˈbæl.əns/
UK /straɪk ə ˈbæl.əns/

1.
een balans vinden, een evenwicht vinden
to find a satisfactory compromise between two contrasting things
:
•
It's important to strike a balance between work and personal life.
Het is belangrijk om een balans te vinden tussen werk en privéleven.
•
The new policy tries to strike a balance between economic growth and environmental protection.
Het nieuwe beleid probeert een balans te vinden tussen economische groei en milieubescherming.