slim down
US /slɪm daʊn/
UK /slɪm daʊn/

1.
afslanken, verminderen
to reduce in size, especially to become thinner or to make something smaller or more efficient
:
•
She decided to slim down for the summer.
Ze besloot om af te slanken voor de zomer.
•
The company plans to slim down its operations to cut costs.
Het bedrijf is van plan zijn activiteiten af te slanken om kosten te besparen.