put away

US /pʊt əˈweɪ/
UK /pʊt əˈweɪ/
"put away" picture
1.

opruimen, wegleggen

to return something to its proper place

:
•
Please put away your toys after you finish playing.
Gelieve je speelgoed op te ruimen nadat je klaar bent met spelen.
•
She always puts away her clothes neatly.
Ze ruimt haar kleren altijd netjes op.
:
tidy upstoreorganizestowfile away
2.

wegwerken, verorberen

to eat or drink a large amount of something

:
•
He can really put away a lot of food.
Hij kan echt veel eten wegwerken.
•
She managed to put away three slices of pizza.
Ze wist drie stukken pizza weg te werken.
:
devourconsumeguzzlegorgewolf down
3.

opsluiten, wegstoppen

to send someone to prison or a mental institution

:
•
The judge decided to put him away for ten years.
De rechter besloot hem voor tien jaar weg te stoppen.
•
They had to put her away in a mental hospital.
Ze moesten haar opsluiten in een psychiatrisch ziekenhuis.
:
imprisonincarceratecommitconfineinstitutionalize
:
awayputput onput input toput intoput by