incarcerate
US /ɪnˈkɑːr.sə.reɪt/
UK /ɪnˈkɑːr.sə.reɪt/

1.
gevangenzetten, opsluiten
imprison or confine
:
•
The court decided to incarcerate the criminal for ten years.
De rechtbank besloot de crimineel tien jaar lang te gevangenzetten.
•
Many political prisoners were incarcerated without trial.
Veel politieke gevangenen werden zonder proces opgesloten.