Betekenis van het woord luck in het Nederlands

Wat betekent luck in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

luck

US /lʌk/
UK /lʌk/
"luck" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

geluk, pech

success or failure apparently brought by chance rather than through one's own actions

Voorbeeld:
I had good luck in the lottery.
Ik had veel geluk in de loterij.
It was just bad luck that he missed the train.
Het was gewoon pech dat hij de trein miste.

Werkwoord

1.

geluk hebben, toevallig vinden

to happen by chance

Voorbeeld:
He lucked into a great job.
Hij had geluk met een geweldige baan.
We lucked out with the weather on our trip.
We hadden geluk met het weer tijdens onze reis.
Leer dit woord op Lingoland