hedge

US /hedʒ/
UK /hedʒ/
"hedge" picture
1.

haag, heg

a fence or boundary formed by closely growing bushes or shrubs

:
The house was surrounded by a tall green hedge.
Het huis was omringd door een hoge groene haag.
Birds often nest in the dense hedge.
Vogels nestelen vaak in de dichte haag.
2.

afdekking, bescherming

a means of protecting oneself against financial loss or other adverse circumstances

:
Investing in gold can be a hedge against inflation.
Investeren in goud kan een afdekking zijn tegen inflatie.
The company used derivatives as a hedge against currency fluctuations.
Het bedrijf gebruikte derivaten als een afdekking tegen valutaschommelingen.
1.

afdekken, beperken, draaien

limit or qualify (something) by conditions or exceptions

:
He hedged his bets by investing in both stocks and bonds.
Hij dekte zijn weddenschappen af door in zowel aandelen als obligaties te investeren.
When asked about the scandal, the politician began to hedge.
Toen hem naar het schandaal werd gevraagd, begon de politicus te draaien.
2.

omheinen, afschermen

surround with a hedge

:
They decided to hedge their garden with a row of rose bushes.
Ze besloten hun tuin te omheinen met een rij rozenstruiken.
The property was well hedged, providing privacy.
Het pand was goed omheind, wat privacy bood.