limit
US /ˈlɪm.ɪt/
UK /ˈlɪm.ɪt/

1.
limiet, grens
a point or level beyond which something may not extend or pass
:
•
There's a speed limit on this road.
Er is een snelheidslimiet op deze weg.
•
Please keep your comments within reasonable limits.
Houd uw opmerkingen binnen redelijke grenzen.
2.
maximum, bovengrens
the greatest amount or number allowed
:
•
There's a limit of two items per customer.
Er is een limiet van twee items per klant.
•
The credit card has a spending limit.
De creditcard heeft een bestedingslimiet.