explosive
US /ɪkˈsploʊ.sɪv/
UK /ɪkˈsploʊ.sɪv/
1.
explosief, springstof
a substance that can be made to explode
:
•
The police found a large quantity of explosives hidden in the warehouse.
De politie vond een grote hoeveelheid explosieven verborgen in het magazijn.
•
Handling explosives requires specialized training.
Het omgaan met explosieven vereist gespecialiseerde training.
1.
explosief, ontplofbaar
likely to explode or burst out with great force
:
•
The situation became increasingly explosive as tensions rose.
De situatie werd steeds explosiever naarmate de spanningen toenamen.
•
His temper is quite explosive, so be careful what you say.
Zijn humeur is nogal explosief, dus wees voorzichtig met wat je zegt.