cut up

US /kʌt ʌp/
UK /kʌt ʌp/
"cut up" picture
1.

versnijden, klein snijden

to cut something into small pieces

:
•
Can you help me cut up these vegetables for the stew?
Kun je me helpen deze groenten voor de stoofpot klein te snijden?
•
She cut up the old clothes to make rags.
Ze versneed de oude kleren om er lappen van te maken.
:
chopdiceminceshredslice
2.

gekken, grappen maken

to behave in a silly or playful way, often to get attention

:
•
The kids were cutting up in the back of the classroom.
De kinderen waren aan het gek doen achterin het klaslokaal.
•
He likes to cut up and make everyone laugh.
Hij houdt ervan om grappen te maken en iedereen aan het lachen te brengen.
:
clown aroundfool aroundmess aroundplay the fool
:
cutcuttingcut incutting boardcut offlow-cutcut down