crimp
US /krɪmp/
UK /krɪmp/

1.
2.
belemmeren, beperken
have a restrictive or detrimental effect on (something)
:
•
The new regulations will crimp economic growth.
De nieuwe regelgeving zal de economische groei belemmeren.
•
Lack of funding could crimp their research efforts.
Gebrek aan financiering zou hun onderzoeksinspanningen kunnen belemmeren.
1.
vouw, golf
a crease or series of creases in something compressed
:
•
The fabric had a permanent crimp from being folded.
De stof had een permanente vouw door het vouwen.
•
She put a slight crimp in her hair with the iron.
Ze maakte een lichte golf in haar haar met de krultang.
2.
beperking, belemmering
a restriction or impediment to something
:
•
The new policy put a crimp on their plans.
Het nieuwe beleid legde een beperking op hun plannen.
•
His injury put a real crimp in his athletic career.
Zijn blessure legde een echte beperking op zijn atletische carrière.