consult
US /kənˈsʌlt/
UK /kənˈsʌlt/
1.
raadplegen, consulteren
seek information or advice from (someone with expertise in a particular area)
:
•
You should consult a doctor about your symptoms.
Je moet een dokter raadplegen over je symptomen.
•
Before making a decision, I need to consult my team.
Voordat ik een beslissing neem, moet ik mijn team raadplegen.
2.
overleggen, beraadslagen
have discussions or conferences with (someone), typically before undertaking a course of action
:
•
The government will consult with local communities on the new policy.
De regering zal overleggen met lokale gemeenschappen over het nieuwe beleid.
•
We need to consult with the stakeholders before finalizing the plan.
We moeten overleggen met de belanghebbenden voordat we het plan afronden.
3.
raadplegen, opzoeken
refer to (a source of information)
:
•
You can consult the dictionary for the meaning of the word.
Je kunt het woordenboek raadplegen voor de betekenis van het woord.
•
Always consult the user manual before operating the machine.
Raadpleeg altijd de gebruikershandleiding voordat u de machine bedient.