Betekenis van het woord cane in het Nederlands

Wat betekent cane in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

cane

US /keɪn/
UK /keɪn/
"cane" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

stok, wandelstok

a stick used as an aid in walking or as a support

Voorbeeld:
The old man walked with a cane.
De oude man liep met een stok.
He leaned on his cane for support.
Hij leunde op zijn stok voor ondersteuning.
2.

riet, stengel

the hollow, jointed stem of a giant grass, such as bamboo or sugar cane

Voorbeeld:
Sugar cane is grown in tropical regions.
Suikerriet wordt in tropische gebieden verbouwd.
Bamboo canes are used for various crafts.
Bamboestokken worden gebruikt voor diverse ambachten.
Synoniem:

Werkwoord

1.

slaan met een stok, geselen

to beat (someone) with a cane as a punishment

Voorbeeld:
The teacher used to cane unruly students.
De leraar sloeg vroeger onhandelbare studenten met de stok.
He was threatened to be caned for his misbehavior.
Hij werd bedreigd met stokslagen voor zijn wangedrag.
Leer dit woord op Lingoland