Betekenis van het woord average in het Nederlands
Wat betekent average in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
average
US /ˈæv.ɚ.ɪdʒ/
UK /ˈæv.ɚ.ɪdʒ/

Zelfstandig Naamwoord
1.
gemiddelde
a number expressing the central or typical value in a set of data, calculated by dividing the sum of the values by their number
Voorbeeld:
•
The average score on the test was 75.
De gemiddelde score op de test was 75.
•
We calculated the average of the temperatures for the month.
We berekenden het gemiddelde van de temperaturen voor de maand.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
gemiddeld, doorsnee
of the usual or ordinary standard, level, or quantity
Voorbeeld:
•
He's an average student, not exceptional.
Hij is een gemiddelde student, niet uitzonderlijk.
•
The weather was pretty average for this time of year.
Het weer was vrij gemiddeld voor deze tijd van het jaar.
Werkwoord
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: