addict
US /ˈæd.ɪkt/
UK /ˈæd.ɪkt/

1.
2.
verslaafde, fanaat
a person who is enthusiastically devoted to a particular thing or activity
:
•
He's a coffee addict, he can't start his day without it.
Hij is een koffieverslaafde, hij kan zijn dag niet beginnen zonder.
•
My brother is a gaming addict.
Mijn broer is een gameverslaafde.
1.
verslaafd maken
to cause (someone) to become addicted to something
:
•
Some argue that social media platforms are designed to addict users.
Sommigen beweren dat sociale mediaplatforms zijn ontworpen om gebruikers te verslaafd te maken.
•
The drug can quickly addict a person if not used carefully.
Het medicijn kan een persoon snel verslaafd maken als het niet voorzichtig wordt gebruikt.