Betekenis van het woord vacation in het Nederlands
Wat betekent vacation in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
vacation
US /veɪˈkeɪ.ʃən/
UK /veɪˈkeɪ.ʃən/
Zelfstandig Naamwoord
1.
vakantie
an extended period of leisure and recreation, especially one spent away from home or in traveling
Voorbeeld:
•
We're planning a family vacation to the beach next month.
We plannen volgende maand een familievakantie naar het strand.
•
She took a much-needed vacation after finishing the big project.
Ze nam een broodnodige vakantie na het afronden van het grote project.
Werkwoord
Leer dit woord op Lingoland