settle in
US /ˈset.əl ɪn/
UK /ˈset.əl ɪn/

1.
zich vestigen, gewennen
to become familiar with a new place and to feel comfortable and happy there
:
•
It took her a few weeks to settle in to her new apartment.
Het duurde een paar weken voordat ze gewend was aan haar nieuwe appartement.
•
The new students are beginning to settle in well.
De nieuwe studenten beginnen zich goed te settelen.