recount
US /rɪˈkaʊnt/
UK /rɪˈkaʊnt/

1.
vertellen, verhalen
tell someone about something; give an account of an event or experience
:
•
She recounted her adventures in the Amazon.
Ze vertelde over haar avonturen in de Amazone.
•
He recounted the events of the day in detail.
Hij vertelde de gebeurtenissen van de dag gedetailleerd.
1.
hertelling, nieuwe telling
an act of counting again
:
•
The election results were so close that a recount was ordered.
De verkiezingsuitslag was zo nipt dat een hertelling werd bevolen.
•
The candidate demanded a full recount of the ballots.
De kandidaat eiste een volledige hertelling van de stembiljetten.