narrate
US /nəˈreɪt/
UK /nəˈreɪt/

1.
vertellen, verhalen
give a spoken or written account of something
:
•
He decided to narrate his adventures in a book.
Hij besloot zijn avonturen in een boek te vertellen.
•
The documentary was narrated by a famous actor.
De documentaire werd verteld door een beroemde acteur.