put into
US /pʊt ˈɪntuː/
UK /pʊt ˈɪntuː/

1.
steken in, investeren in
to invest time, effort, or money into something
:
•
She decided to put all her savings into starting her own business.
Ze besloot al haar spaargeld in het starten van haar eigen bedrijf te steken.
•
You need to put more effort into your studies if you want to succeed.
Je moet meer moeite in je studie steken als je wilt slagen.
2.
brengen in, verplaatsen naar
to cause someone or something to be in a particular state or condition
:
•
The news put him into a state of shock.
Het nieuws bracht hem in een staat van shock.
•
The doctor decided to put the patient into an induced coma.
De dokter besloot de patiënt in een kunstmatige coma te brengen.