Betekenis van het woord play in het Nederlands
Wat betekent play in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
play
US /pleɪ/
UK /pleɪ/

Werkwoord
1.
spelen
engage in activity for enjoyment and recreation rather than a serious or practical purpose
Voorbeeld:
•
The children are playing in the park.
De kinderen zijn aan het spelen in het park.
•
Let's play a game of chess.
Laten we een potje schaak spelen.
2.
spelen
take part in a sport
Voorbeeld:
•
He plays football every weekend.
Hij speelt elk weekend voetbal.
•
She wants to play tennis professionally.
Ze wil professioneel tennis spelen.
3.
Zelfstandig Naamwoord
1.
toneelstuk, spel
a dramatic work for the stage or to be broadcast
Voorbeeld:
•
We went to see a play at the theater.
We gingen naar een toneelstuk kijken in het theater.
•
The director is casting for a new play.
De regisseur is bezig met de casting voor een nieuw toneelstuk.
2.
spel, recreatie
activity for enjoyment and recreation rather than a serious or practical purpose
Voorbeeld:
•
All work and no play makes Jack a dull boy.
Alleen werken en geen spel maakt Jack een saaie jongen.
•
The children need more time for free play.
De kinderen hebben meer tijd nodig voor vrij spel.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: