Betekenis van het woord plane in het Nederlands

Wat betekent plane in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

plane

US /pleɪn/
UK /pleɪn/
"plane" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

vlak, plat vlak

a flat surface in which a straight line joining any two points on it would wholly lie

Voorbeeld:
The points all lie on the same plane.
De punten liggen allemaal op hetzelfde vlak.
The architect drew the building's floor plane.
De architect tekende het vloervlak van het gebouw.
2.

vliegtuig, vliegmachine

an aircraft, especially one with fixed wings, powered by propellers or jet engines

Voorbeeld:
We took a plane to London.
We namen een vliegtuig naar Londen.
The plane landed safely.
Het vliegtuig landde veilig.
3.

schaaf, houtbewerkingsgereedschap

a tool consisting of a block with a projecting blade, used for smoothing or shaping wood

Voorbeeld:
He used a woodworking plane to smooth the rough edges of the timber.
Hij gebruikte een houtbewerkingsschaaf om de ruwe randen van het hout glad te maken.
The carpenter sharpened his plane blade.
De timmerman slijpte zijn schaafblad.

Werkwoord

1.

schaven, vlak maken

make (a surface) flat or level with a plane

Voorbeeld:
He carefully planed the surface of the wooden board.
Hij schaafde voorzichtig het oppervlak van de houten plank.
The carpenter will plane the door to fit the frame.
De timmerman zal de deur schaven om in het kozijn te passen.
Leer dit woord op Lingoland