Betekenis van het woord grass in het Nederlands
Wat betekent grass in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
grass
US /ɡræs/
UK /ɡræs/

Zelfstandig Naamwoord
1.
gras
widespread green plant with narrow leaves, grown in lawns and pastures, and as fodder for grazing animals
Voorbeeld:
•
The sheep were grazing on the fresh grass.
De schapen graasden op het verse gras.
•
He mowed the grass in the backyard.
Hij maaide het gras in de achtertuin.
Werkwoord
1.
verlinken, klikken
(slang) to act as an informer, especially to the police
Voorbeeld:
•
He threatened to grass on his accomplices if they didn't give him a bigger cut.
Hij dreigde zijn medeplichtigen te verlinken als ze hem geen groter deel gaven.
•
The police offered him a deal if he would grass on the gang leader.
De politie bood hem een deal aan als hij de bendeleider zou verlinken.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: