easy-going
US /ˌiː.ziˈɡoʊ.ɪŋ/
UK /ˌiː.ziˈɡoʊ.ɪŋ/

1.
gemakkelijk, ontspannen, tolerant
relaxed and tolerant in attitude or manner
:
•
She has a very easy-going personality.
Ze heeft een heel gemakkelijke persoonlijkheid.
•
He's an easy-going boss who rarely gets upset.
Hij is een gemakkelijke baas die zelden boos wordt.