Betekenis van het woord chauffeur in het Nederlands
Wat betekent chauffeur in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
chauffeur
US /ʃoʊˈfɝː/
UK /ʃoʊˈfɝː/
Zelfstandig Naamwoord
1.
chauffeur
a person employed to drive a private or hired car
Voorbeeld:
•
The wealthy businessman always had a chauffeur drive him to meetings.
De rijke zakenman liet zich altijd door een chauffeur naar vergaderingen rijden.
•
She hired a chauffeur for her wedding day.
Ze huurde een chauffeur in voor haar trouwdag.
Synoniem:
Werkwoord
1.
chaufferen, rijden
to drive a car, especially as a chauffeur
Voorbeeld:
•
He offered to chauffeur his boss to the airport.
Hij bood aan zijn baas naar het vliegveld te chaufferen.
•
She was chauffeured around the city in a luxury car.
Ze werd in een luxe auto door de stad gereden.
Leer dit woord op Lingoland