Betekenis van het woord apron in het Nederlands
Wat betekent apron in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
apron
US /ˈeɪ.prən/
UK /ˈeɪ.prən/
Zelfstandig Naamwoord
1.
schort
a protective garment worn over the front of one's clothes and tied at the back, used to keep the clothes clean, especially when cooking or doing other dirty work
Voorbeeld:
•
She tied her apron before starting to bake.
Ze knoopte haar schort vast voordat ze begon met bakken.
•
The chef wore a clean white apron.
De chef droeg een schoon wit schort.
2.
platform, vliegtuigopstelplaats
a paved area on an airfield, adjacent to a hangar or terminal building, where aircraft are parked, unloaded, refueled, boarded, or maintained
Voorbeeld:
•
The plane taxied to the apron after landing.
Het vliegtuig taxiede naar het platform na de landing.
•
Ground crew were busy on the apron preparing for departure.
Grondpersoneel was druk bezig op het platform met de voorbereidingen voor vertrek.
Leer dit woord op Lingoland