tin

US /tɪn/
UK /tɪn/
"tin" picture
1.

tin, blik

a silvery-white metal, the chemical element of atomic number 50

:
The roof was made of corrugated tin.
Het dak was gemaakt van gegolfd blik.
Tin is often used as a protective coating for other metals.
Tin wordt vaak gebruikt als beschermende coating voor andere metalen.
2.

blik, blikje

an airtight metal container for preserving food

:
She opened a tin of tuna for lunch.
Ze opende een blik tonijn voor de lunch.
We stocked up on various tins of vegetables and beans.
We hebben verschillende blikken groenten en bonen ingeslagen.
1.

inblikken

to put (food) into a tin container for preservation

:
The factory processes and tins a variety of fruits.
De fabriek verwerkt en blikt een verscheidenheid aan fruit in.
They used to tin their own vegetables from the garden.
Ze blikten vroeger hun eigen groenten uit de tuin in.