think of

US /θɪŋk əv/
UK /θɪŋk əv/
"think of" picture
1.

bedenken, denken aan

to form an idea or image of something in your mind

:
Can you think of a solution to this problem?
Kun je een oplossing voor dit probleem bedenken?
I can't think of his name right now.
Ik kan zijn naam nu niet bedenken.
2.

vinden, denken over

to consider or have an opinion about someone or something

:
What do you think of the new proposal?
Wat vind je van het nieuwe voorstel?
I don't think much of his acting.
Ik vind zijn acteerwerk niet veel.