stare

US /ster/
UK /ster/
"stare" picture
1.

staren, aangapen

look fixedly with wide open eyes at someone or something

:
•
It's rude to stare at people.
Het is onbeleefd om naar mensen te staren.
•
She couldn't help but stare at the beautiful painting.
Ze kon niet anders dan naar het prachtige schilderij staren.
:
gazegawkgapepeerogle
1.

blik, staar

a long fixed look

:
•
He gave her a blank stare.
Hij gaf haar een lege blik.
•
She felt uncomfortable under his intense stare.
Ze voelde zich ongemakkelijk onder zijn intense blik.
:
gazelookgawkglare